Drie moderne campussen, drie revoluties, drie experimenten

Auteurs

  • Ayşen Savaş

DOI:

https://doi.org/10.7480/overholland.2023.22.241

Samenvatting

Dertig jaar na de Tweede Wereldoorlog heerste in de architectuurwereld een kritische houding ten aanzien van het eens zo gekoesterde modernisme en scepsis tegenover het gangbare narratief ervan. Buiten Europa en de Verenigde Staten, met name in gebieden waar geen oorlog had gewoed, kwam nog wel anderssoortige modernistische architectuur tot stand, maar die had te maken met lokale sociaal-politieke situaties en vertoonde sterke banden met de vooroorlogse moderne beweging. De sporen daarvan leefden voort in de zogenaamde ontwikkelingslanden in geopolitieke sferen die ook wel de ‘derde wereld’ werden genoemd. In Brazilië, Mexico, Cuba, Venezuela, Colombia, Chili, Turkije, India, Irak, Nigeria en Singapore bestond aanhoudende interesse voor de pragmatische en experimentele aspecten van de moderne architectuur. Die werd gerechtvaardigd door de economische omstandigheden, en ook door het bekende devies van ingenieurs: ‘maximale efficiëntie door minimale inspanning en investering’. Anders dan in Europa en de Verenigde Staten manifesteerde de industriële revolutie zich in die landen niet zoals verwacht werd en in sommige gevallen zou je zelfs kunnen zeggen helemaal niet. ‘Revolutie’ werd daarentegen een veelgehoorde slogan die algauw door de massa werd overgenomen. In landen als Mexico, Turkije of Cuba had de term revolutie weinig van doen met industrie. Ze werd eerder geassocieerd met ideologieën, plotse maatschappelijke veranderingen, fundamentele politieke machtswendingen en volksopstanden tegen ondemocratische regeringen.
Hoe geslaagd die sociale revoluties waren en in hoeverre de architectuur die eruit voortkwam een afspiegeling was van de betreffende ideologieën is de vraag. Onder invloed van een wereldwijd heersend positivisme en van de instrumentalistische oriëntatie binnen de toegepaste wetenschappen stonden universiteiten in die landen zeker welwillend tegenover revoluties, in sommige gevallen werden het voedingsbodems voor hervormingsgezinde ideologieën, in andere gevallen werden ze gezien als symbool voor de onderliggende idealen. Ze waren de zinnebeelden van pas gevormde natiestaten en een weerspiegeling van revolutionaire waarden.

Citeerhulp

Savaş , A. (2023). Drie moderne campussen, drie revoluties, drie experimenten. OverHolland, 14(22), 9–44. https://doi.org/10.7480/overholland.2023.22.241

Gepubliceerd

2023-11-22

Nummer

Sectie

Artikelen

Biografie auteur

Ayşen Savaş

Ayşen Savaş (1962) is opgeleid als architect aan de METU in Ankara en Bartlett School of Architecture in Londen en promoveerde 1994 aan het Massachusetts Institute of Technology op het onderwerp architecturale representatie. Ze is de oprichter van een non-profit organisatie - Exhibition Design Workshop - die musea heeft opgericht en ontworpen zoals Sabancı Museum, Erimtan Archeologie Museum, MKEK Technology Museum en METU Science and Technology Museum. Ze ontving vele prijzen voor haar werk, waaronder de zilveren medaille voor ‘Exhibition Theme Development’ op de EXPO Shanghai 2010, Turks Paviljoen. Sinds 2013 is ze professor aan de afdeling Architectuur van METU. Momenteel doceert ze cursussen over representatie en architectonisch ontwerp. In 2021-2022 was ze gasthoogleraar aan de faculteit Bouwkunde van de TU Delft en participeerde onder andere in het programma Campus Utopias.